Het Universeel Recht op Leven
We kunnen speculeren over de oorsprong, de betekenis en het doel van het leven, maar wat we wel zeker weten is dat wij allen de kans hebben gekregen om op dit moment het leven te ervaren. En met ons, alle flora en fauna op onze planeet, van het microscopische tot het macroscopische — allemaal levende organismen, net als ons. Net als Carl Sagan kunnen we zelfs zo ver gaan door te zeggen dat onze planeet Aarde als geheel ook als een levende organisme kan worden beschouwd. 1 En vanwege het fractale karakter van onze werkelijkheid kunnen we deze redenering doortrekken naar het hele Universum, zodat we met vertrouwen kunnen stellen dat ons Universum een levende organisme is.
We weten niet, of kunnen althans niet met zekerheid zeggen, wie of welke entiteit buiten ons Universum verantwoordelijk is voor het bestaan van leven, maar wat we wel weten is dat geen enkele organisme in leven zou zijn als het Universum niet bestond of niet de omstandigheden verschafte waaronder hun leven mogelijk is. Daarom kunnen we op zijn minst met vertrouwen stellen dat al het leven is toegestaan en mogelijk wordt gemaakt door het Universum. Dit op een manier die vergelijkbaar is met hoe, op kleinere schaal binnen ons fractale Universum, ons eigen lichaam leven schenkt aan elke nieuwe cel die elke dag wordt aangemaakt. Ons lichaam is voor zo’n individuele cel als het Universum is voor een individuele organisme.
Op voorwaarde dat individuele cellen in ons lichaam zich gedragen in overeenstemming met het doel van ons lichaam om gezond en in leven te blijven, mogen die cellen gedijen en hun leven leiden. In feite heeft ons lichaam alle reden om deze cellen actief te helpen gedijen. Cellen die zich echter misdragen, beginnen een bedreiging te vormen voor het algemene welzijn van ons lichaam (‘ziekte’) en kunnen er uiteindelijk toe leiden dat ons lichaam sterft. Wij weten uit ervaring hoe ons lichaam reageert op dergelijke bedreigingen van binnenuit en het zou redelijk zijn om aan te nemen, gezien de fractale en zelfgelijkvormige aard van ons Universum, dat op een hoger niveau eenzelfde soort relatie bestaat tussen ons en ons Universum. Als wij ons misdragen, zal het Universum uiteindelijk met ons moeten afrekenen, of anders, gegeven genoeg tijd, het risico lopen op volledige corruptie en de dood. 2 Als wij daarentegen ons leven leiden in overeenstemming met het Universeel Recht op Leven, zal het Universum alles doen wat in zijn vermogen ligt om ons te helpen slagen. 3 Zo zien we dat het Universum niet alleen leven geeft, maar het ook kan wegnemen als het op een tegenstrijdige manier wordt gebruikt, dat wil zeggen, tegen zichzelf. 4
Iedere organisme heeft recht op zijn leven, dat door het Universum is gegeven en mogelijk is gemaakt. Louter het feit dat een organisme leeft, is voldoende bewijs voor het feit dat het organisme het recht op leven heeft gekregen, en bijgevolg het recht om zijn leven daadwerkelijk te leven. Het hebben van het recht op leven zou zinloos zijn als het organisme niet ook de mogelijkheid en de vrijheid zou hebben om zijn leven daadwerkelijk te leven. En de vrijheid hebben om zijn leven te leven impliceert automatisch de volledige controle over zichzelf — over alles wat het organisme in deze werkelijkheid vormt, wat, voor zover wij weten, zijn fysieke en spirituele zelf omvat (zijn lichaam en geest/bewustzijn). Zonder volledige autonomie zou het voor een organisme inderdaad heel moeilijk zijn om vrij te zijn om zijn leven te leiden, en dus om zelfbeschikking te hebben. Bovendien impliceert volledige controle over zichzelf verder eigendom van zichzelf; het organisme is de enige eigenaar en autoriteit van alles waaruit het bestaat, voor zover bekend in deze werkelijkheid.
Dit betekent dat geen enkel organisme aanspraak kan maken op het recht op leven van een ander dan zichzelf. Wanneer het aan komt op het recht op leven, worden alle organismen in het Universum gereduceerd tot peers — tot gelijken onder elkaar, waarbij elk een soevereine entiteit is. Dit is de enige manier waarop we werkelijk gelijkheid tussen organismen kunnen hebben; ze hebben allen een gelijke recht op leven, toegekend door het Universum. Al het andere in het Universum volgt uit dit fundamentele recht op leven. 5
Om zijn recht op leven te kunnen uitoefenen moet het organisme zichzelf zo lang mogelijk in leven houden; het moet streven naar zelfbehoud. Dat betekent dat het organisme ervoor moet zorgen dat het in zijn basisbehoeften voorziet, zodat het zijn leven veilig kan voortzetten. Het organisme zal een deel van zijn bestaansmiddelen, zoals energie en tijd, 6 moeten besteden aan het bevredigen van zijn basisbehoeften om te kunnen overleven. Hiertoe wordt alles wat het organisme zich uit zijn omgeving toe-eigent en wat vrij beschikbaar is, door er een deel van zijn eigen middelen aan te binden, een deel van het organisme, of met andere woorden, wordt het eigendom van het organisme. 7 Het organisme is vrij om te beslissen wat het met zijn eigendom wil doen. Elke aantasting van deze beslissingsvrijheid is in de finale analyse een aantasting van het recht op leven van het organisme. 8
Door in overeenstemming met het bovenstaande te leven, zijn alle organismen in het Universum uit zichzelf in staat om tot een goed gevoel voor moraliteit te komen, dat automatisch voortvloeit uit het Universeel Recht op Leven. Uiteindelijk is een universeel gevoel voor moraliteit gebaseerd op het volgende statement: Respecteer elkaars recht op leven. 9 Goede bedoelingen, beslissingen en handelingen (deugd) zijn die welke het recht op leven van elke organisme respecteren. Slechte of kwade bedoelingen, beslissingen en handelingen (ondeugd) zijn die welke op enigerlei wijze inbreuk maken op het recht op leven van een organisme.
Ik heb de bovenstaande uiteenzetting over het Universeel Recht op Leven met opzet in algemene termen gehouden, omdat het per slot van rekening een Universeel concept is dat van toepassing is op verschillende niveaus (micro en macro) en op alle gebieden van het leven. In de kern is het Universeel Recht op Leven een heel eenvoudig concept, maar het heeft zeer brede en verreikende implicaties als je er eenmaal over begint na te denken. In de voetnoten hieronder ga ik wat meer in detail en geef ik specifieke voorbeelden die je kunnen helpen om dit een beetje beter te begrijpen. Maar als je een meer gedetailleerde uiteenzetting wilt met veel meer voorbeelden van wat “iemands recht op leven respecteren” in het normale dagelijkse leven kan inhouden, adviseer ik je mijn artikelen “The Difference between Love and Lust”, “On Human Nature and Morality: Humans are Intrinsically Good” en “Persuasion, Influencing and Selling are Mind Manipulation” te lezen.
Comments
There are 2 responses. Follow any responses to this post through its comments RSS feed. You can leave a response, or trackback from your own site.